- opvangen
- {{opvangen}}{{/term}}1 [in zijn val, vlucht vangen] attraper2 [horen] percevoir; 〈nieuwtje〉 entendredire3 [helpen] s'occuper de4 [met een instrument waarnemen] capter5 [in iets verzamelen] recueillir6 [tenietdoen] compenser♦voorbeelden:1 een bal opvangen • attraper une balle (à la volée, au bond)2 flarden van een gesprek opvangen • saisir des bribes d'une conversation5 regenwater opvangen • recueillir l'eau de pluie6 een klap opvangen • parer un coup
Deens-Russisch woordenboek. 2015.